opdracht 2: Teken-oefeningen
OEFENING 1: BLIND TEKENEN
OPTIE 1:
> Vooraf: zoek 1 persoon (broer, zus, ouders) die omschrijft/vertelt wat hij ziet (vb: het beeld op een foto, een object, een schilderij)
---> voorbeeldschilderijen bij opdracht 1
> Wat ga jij doen?
Doe een blinddoek op (vb: sjaal) en teken wat je HOORT
> Vooraf: zoek 1 persoon (broer, zus, ouders) die omschrijft/vertelt wat hij ziet (vb: het beeld op een foto, een object, een schilderij)
---> voorbeeldschilderijen bij opdracht 1
> Wat ga jij doen?
Doe een blinddoek op (vb: sjaal) en teken wat je HOORT
OPTIE 2:
Je kijkt naar iemand die tegenover je zit of naar een foto. Je hoeft geen blinddoek aan, maar mag niet naar benden kijken.
> Wat ga jij doen?
Probeer om NIET naar jouw blad te kijken en teken wat je voor je ZIET.
Je kijkt naar iemand die tegenover je zit of naar een foto. Je hoeft geen blinddoek aan, maar mag niet naar benden kijken.
> Wat ga jij doen?
Probeer om NIET naar jouw blad te kijken en teken wat je voor je ZIET.
OEFENING 2: FANTASIE TEKENEN
Kies één of meerdere teken-oefeningen
OEFENING 3: SCHETSEN
Kies één of meerdere schets-oefeningen
OEFENING 4: LEREN VAN KUNSTENAARS
Kies één of meerdere oefeningen